Dutch Meaning of ordinariness
gewoonheid
Other Dutch words related to gewoonheid
- Gedaagdheid
- alledaagsheid
- middelmatigheid
- Slechtheid
- Gemeenzaamheid
- alledaagsheid
- alledaagsheid
- middelmatigheid
- normaliteit
- typiciteit
- normaliteit
- acceptabiliteit
- toereikendheid
- Rechtvaardigheid
- minderwaardigheid
- passeerbaarheid
- routine
- voldoende
- Voldoende
- gewoonheid
- waardeloosheid
- rottigheid
- Minderwaardigheid
- Typerendheid
- onopvallendheid
- onderscheid
- uitmuntendheid
- uitmuntendheid
- voortreffelijkheid
- buitengewoonheid
- grootsheid
- grootsheid
- belangrijkheid
- pracht
- perfectie
- voorrang
- specialiteit
- Superioriteit
- Heerschappij
- exceptionaliteit
- uitzonderlijkheid
- fabelachtigheid
- geweldig
- priemaliteit
- keuze
- gevolg
- tekort
- foutloosheid
- Volmaaktheid
- goedheid
- onberispelijkheid
- bekendheid
- perfectie
- Waarde
- waard
- pracht
- sterlingness
- voortreffelijkheid
- superlatief
- Voortreffelijkheid
- ontoereikendheid
- ontoereikendheid
- onvoldoende
- onaanvaardbaarheid
- ontevredenheid
- eersteklas
Nearest Words of ordinariness
Definitions and Meaning of ordinariness in English
ordinariness (n)
the quality of being commonplace and ordinary
FAQs About the word ordinariness
gewoonheid
the quality of being commonplace and ordinary
Gedaagdheid,alledaagsheid,middelmatigheid,Slechtheid,Gemeenzaamheid,alledaagsheid,alledaagsheid,middelmatigheid,normaliteit,typiciteit
onderscheid,uitmuntendheid,uitmuntendheid,voortreffelijkheid,buitengewoonheid,grootsheid,grootsheid,belangrijkheid,pracht,perfectie
ordinarily => gewoonlijk, ordinaries => gewone figuren, ordinant => ordinand, ordinand => ordinand, ordinance => verordening,