Dutch Meaning of ragging
Raggen
Other Dutch words related to Raggen
- Beschuldigen
- lezer
- Berispen
- uitbrander
- kritisch
- vermanend
- aanvallend
- bedruipen
- Afsnauwen
- uitschelden
- bestraffende
- bestraffende
- afstraffing
- fout
- villen
- hameren
- kauwen
- Kielhalen
- bespottend
- Beoordeling
- berisping
- verwijten
- scoren
- berisping
- oproep
- afstraffing
- leuning (aan of tegen)
- tierend (tegen)
- uitfoeteren (uit)
- beledigend
- aanvallend
- Geringschatting
- stralen
- afkeurende
- uitbrander
- bestraffende
- veroordelend
- veroordelend
- denigrerend
- kritisch
- toespraak
- kloppen
- gesel
- paneren
- berispend
- beledigend
- bespottend
- spottend
- geseling [χəˈsɛlɪŋ]
- knallend
- uitbrander
- roddelen
- kruisigend
- dissen
- veters (in)
- leggen in
- de les lezen
- protesterend (bij)
- minachting
- Ter verantwoording roepen
- kwaadaardig
Nearest Words of ragging
Definitions and Meaning of ragging in English
ragging (p. pr. & vb. n.)
of Rag
FAQs About the word ragging
Raggen
of Rag
Beschuldigen,lezer,Berispen,uitbrander,kritisch,vermanend,aanvallend,bedruipen,Afsnauwen,uitschelden
Goedkeurend,goedkeuring,goedkeurende,sancties opleggend,aanprijzend,prijzend,prijzend
raggie => vod, raggedness => rafeligheid, raggedly => lompig, ragged-fringed orchid => Franjeplant, ragged robin => Kattestaart,
