Dutch Meaning of chiding
bestraffende
Other Dutch words related to bestraffende
- vermanend
- Beschuldigen
- Berispen
- uitbrander
- kritisch
- uitschelden
- fout
- bespottend
- berisping
- verwijten
- berispend
- berisping
- krijgen
- beledigend
- aanvallend
- aanvallend
- Geringschatting
- stralen
- bestraffende
- afkeurende
- uitbrander
- veroordelend
- veroordelend
- neerdrukkend
- spottend
- denigrerend
- afstraffing
- kritisch
- villen
- toespraak
- kauwen
- Kielhalen
- kloppen
- gesel
- lezer
- paneren
- Beoordeling
- berispend
- bespottend
- spottend
- scoren
- knallend
- roddelen
- gloeiende oren hebben
- kruisigend
- dissen
- pakken
- afstraffing
- Minimaliseren
- leuning (aan of tegen)
- minachting
- wegstrepen
Nearest Words of chiding
- chidingly => verwijtend
- chief => opperhoofd
- chief assistant => Hoofd assistent
- chief baron => opperheer
- chief constable => korpschef politie
- chief executive => bestuursvoorzitter
- chief executive officer => uitvoerend directeur
- chief financial officer => Financieel directeur
- chief hare => Hoofdkonijn
- chief joseph => opperhoofd Joseph
Definitions and Meaning of chiding in English
chiding (n)
rebuking a person harshly
FAQs About the word chiding
bestraffende
rebuking a person harshly
vermanend,Beschuldigen,Berispen,uitbrander,kritisch,uitschelden,fout,bespottend,berisping,verwijten
Goedkeurend,goedkeuring,goedkeurende,sancties opleggend,applaudisserend,aanprijzend,prijzend,prijzend,saluerend,hagel
chideress => vitter, chider => lasteraar, chide => berispen, chicot => Rakker, chicory root => Cichoreiwortel,