Dutch Meaning of bailing

borgtocht

Other Dutch words related to borgtocht

Definitions and Meaning of bailing in English

Webster

bailing (p. pr. & vb. n.)

of Bail

FAQs About the word bailing

borgtocht

of Bail

vertrekkende,vluchtend,evacuerend,vluchtend,verkrijgen,gaan,bewegend,stoppen met roken,begin,uitgang

aankomende,komende,resterende,verblijf,blijvend,nadert,sluiting,woning,raken,logies

bailiffwick => gerechtsgebied, bailiffship => baljuwschap, bailiff => deurwaarder, bailie => baljuw, bailey bridge => Baileybrug,