Dutch Meaning of afflicted
Bezoedeld
Other Dutch words related to Bezoedeld
- uitgedaagd
- verzwakt
- bouwvallig
- gehandicapte
- ziek
- Zwak
- arbeidsongeschikt
- zwak
- ziekelijk
- verontrust
- pijnlijk
- chaotisch
- kwetsbaar
- zwak
- stoppen
- hypochondrisch
- ongeldig
- lam
- Zwak
- zwak
- vliegangst
- reisziekte
- duizelig
- Koortsig
- Hypochonder
- Licht in het hoofd
- misselijk
- misselijk
- schuldgevoel
- misselijk
- Zeeziek
- wiebelig
- Iets ziek
- vies
- draaierig
- misselijk
- gezond
- geconditioneerd
- genezen
- geschikt
- gezond
- gezond
- gezond
- geluid
- okay
- geheel
- gezond
- beter
- winterhard
- verbeterd
- herstellen
- herstellende
- sterk
- taai
- goed geconditioneerd
- bloeiende
- stuiteren
- vrolijk
- bloeiend
- FLUSH
- hartelijk
- wellustig
- Herstellende
- gerehabiliteerd
- robuust
- robuust
- standvastig
- florerend
- herstellend
Nearest Words of afflicted
Definitions and Meaning of afflicted in English
afflicted (s)
grievously affected especially by disease
mentally or physically unfit
afflicted (imp. & p. p.)
of Afflict
FAQs About the word afflicted
Bezoedeld
grievously affected especially by disease, mentally or physically unfitof Afflict
uitgedaagd,verzwakt,bouwvallig,gehandicapte,ziek,Zwak,arbeidsongeschikt,zwak,ziekelijk,verontrust
gezond,geconditioneerd,genezen,geschikt,gezond,gezond,gezond,geluid,okay,geheel
afflict => kwellen, afflatus => inspiratie, afflation => Opblazen, affixture => affiks, affixion => Affix,