Dutch Meaning of affixation
Affixatie
Other Dutch words related to Affixatie
- bijvoegen
- naleven
- clip
- verbinden
- vastmaken
- Lijm
- stropdas
- Buigen
- bout
- knop
- riem
- Klem
- gesp
- klemmen
- vastklemmen
- keuren
- repareren
- hangen
- Harnas
- hasp
- meedoen
- Kant
- Zweepslag
- grendel
- link
- Nagel
- plakken
- pin
- pleister
- weer vastmaken
- weer vastmaken
- Klinknagel
- schroef
- boeien
- niet
- stok
- Riem
- tegel
- aanpakken
- Wisselen
- verenigen
- juk
- Opnieuw veiligstellen
Nearest Words of affixation
Definitions and Meaning of affixation in English
affixation (n)
the result of adding an affix to a root word
formation of a word by means of an affix
the act of attaching or affixing something
FAQs About the word affixation
Affixatie
the result of adding an affix to a root word, formation of a word by means of an affix, the act of attaching or affixing something
bijvoegen,naleven,clip,verbinden,vastmaken,Lijm,stropdas,Buigen,bout,knop
losmaken,dissociëren,verdelen,afzonderlijk,Doorhakken,splitsen,ongedaan maken,losmaken,loshaken,uit elkaar gaan
affixal => Affixaal, affix => achtervoegsel, affirming => bevestigend, affirmer => beweren, affirmed => bevestigd,