Dutch Meaning of sunder
scheiden
Other Dutch words related to scheiden
- loskoppelen
- verdelen
- afzonderlijk
- Doorhakken
- splitsen
- uit elkaar gaan
- klieven
- ontleding
- Ontkoppeling
- losmaken
- Dissociëren
- losmaken
- niet aansluitend
- ontleden
- Dissecteren
- dissociëren
- oplossen
- uiteenvallen
- Echtscheiding
- isoleren
- deel
- trekken
- vertakken
- oplossen
- Verdelen
- loskoppelen
- loskoppelen
- loskoppelen
- vertakken
- Halveren
- Breken
- afbraak
- afsluiten
- dichotomiseren
- demonteren
- Loskoppelen
- ontwarren
- desintegreren
- breken
- breuk
- fragment
- fragmenteren
- halve
- Isoleren
- partitie
- kwart
- scheuren
- kloof
- scheuren
- klinken
- breuk
- afzonderen
- segment
- Scheiden
- beslag leggen
- traan
- trisecteren
- ontrafelen
- losmaken
- fractionaliseren
- fragmenteren
Nearest Words of sunder
Definitions and Meaning of sunder in English
sunder (v)
break apart or in two, using violence
FAQs About the word sunder
scheiden
break apart or in two, using violence
loskoppelen,verdelen,afzonderlijk,Doorhakken,splitsen,uit elkaar gaan,klieven,ontleding,Ontkoppeling,losmaken
combineren,meedoen,link,verenigen,verenigen,samenstellen,medewerker,bijvoegen,binden,mengen
sunday-go-to-meeting => zondagskleren, sunday school => zondagsschool, sunday punch => zondagse klap, sunday clothes => Kleren voor zondag, sunday best => Zondags tenue,