Dutch Meaning of stuck up

arrogant

Other Dutch words related to arrogant

Definitions and Meaning of stuck up in English

FAQs About the word stuck up

arrogant

arrogant,ijdel,Dominerend,egoïstisch,trots,zelfingenomen,ijdel,verzekerd,groots,opschepperig, pocherig

verlegen,nederig,bescheiden,verlegen,egoloos,verlegen,nuchter,Introvert,Muizig,verlegen

stuck in one's craw => Een stok in de wielen, stuck around => vastgelopen, stuck (to) => vastgeplakt aan, stuck (to or with) => vastgeplakt (aan of met), stubs => stobben,