Dutch Meaning of stitching
naaien
Other Dutch words related to naaien
- sluiting
- vulling
- genezing
- breien
- Reparatie
- afdichting
- naaien
- combinatie
- combineren
- consolidatie
- koppeling
- stoppen
- implosie
- toetreding
- Kruising
- koppeling
- herstellen
- Fusie
- samenvoegen
- patches
- Stekker in het stopcontact
- hechten
- unificatie
- vakbond
- verbindend
- uitstulping
- bult
- bos
- verbinding
- Convexiteit
- heuvel
- bult
- heuvel
- Projectie
- uitstulping
- stijgen
- zwelling
- Zwelling
- tumor
- verenigend
Nearest Words of stitching
Definitions and Meaning of stitching in English
stitching (n)
joining or attaching by stitches
FAQs About the word stitching
naaien
joining or attaching by stitches
sluiting,vulling,genezing,breien,Reparatie,afdichting,naaien,combinatie,combineren,consolidatie
Breken,barst,knippen,spleet,breuk,incisie,Laceratie,kloof,breuk,spleet
stitchery => borduurwerk, stitcher => naaister, stitched => gestikt, stitch => Steek, stirrup-shaped => Stijgbeugelvormig,
