Dutch Meaning of spontaneity
Spontaanheid
Other Dutch words related to Spontaanheid
- verlaten
- verlatenheid
- enthousiasme
- Naturaliteit
- gemak
- overvloed
- Impulsiviteit
- Lichtvoetigheid
- geest
- spontaniteit
- onbeperkt
- Ongedwongenheid
- warmte
- ijver
- Ongekendheid
- Vurigheid
- onachtzaamheid
- nonchalance
- overschot
- overdaad
- Vurigheid
- uit de vrije hand
- roekeloosheid
- Incontinentie
- indiscretie
- aflaat
- Onbezorgdheid
- onmatigheid
- losbandigheid
- permissiviteit
- roekeloosheid
- roekeloosheid
- dartelheid
- wildheid
- fanatisme
- impulsiviteit
- laksheid
- IJver
Nearest Words of spontaneity
Definitions and Meaning of spontaneity in English
spontaneity (n)
the quality of being spontaneous and coming from natural feelings without constraint
FAQs About the word spontaneity
Spontaanheid
the quality of being spontaneous and coming from natural feelings without constraint
verlaten,verlatenheid,enthousiasme,Naturaliteit,gemak,overvloed,Impulsiviteit,Lichtvoetigheid,geest,spontaniteit
beperking,Gênant,Inhibitie,repressie,reserve,terughoudendheid,terughoudendheid,onderdrukking,onrust,zorgvuldigheid
sponsorship => sponsoring, sponsor => sponsor, spongy => sponsachtig, spongioblastoma => spongioblastoom, spongioblast => Spongioblast,
