Dutch Meaning of proven
bewezen
Other Dutch words related to bewezen
- actueel
- bevestigd
- aangetoond
- effectief
- gevestigd
- echt
- geldig
- gevalideerd
- gestaafd
- gewaarmerkt
- gecertificeerd
- geloofwaardig
- beton
- overtuigend
- bestaand
- feitelijk
- echt
- onbetwistbaar
- onbetwistbaar
- onbetwistbaar
- ongetwijfeld
- onvermijdelijk
- onweerlegbaar
- letterlijk
- realistisch
- natuurlijk
- Onloochenbaar
- onmiskenbaar
- onbetwistbaar
- Verifieerbaar
- geverifieerd
- erg
- WAAR
- absoluut
- authentiek
- gezaghebbend
- bona fide
- zeker
- certificeerbaar
- gecertificeerd
- De facto
- laatste
- hard
- Doelstelling
- tastbaar
- positief
- werkelijk leven
- aanzienlijk
- tastbaar
- echt
- vermeende
- aangenomen
- vermoedelijk
- hypothetisch
- ideaal
- onbestaande
- mogelijk
- potentieel
- gerenommeerd
- verondersteld
- theoretisch
- theoretisch
- chimerisch
- chimerisch
- Voorziene
- voorgesteld
- fabelachtig
- verzonnen
- Fantasierijk
- Fictief
- fictief
- illusoir
- imaginair
- verbeeld
- fictief
- uitgevonden
- legendarisch
- op de foto
- platonisch
- verondersteld
- gevisualiseerd
- ontvangen
- abstract
- nep
- doen alsof
- doen alsof
- Romantisch
- symbolisch
- onwerkelijk
- virtueel
- verzonnen
Nearest Words of proven
Definitions and Meaning of proven in English
proven (a)
established beyond doubt
FAQs About the word proven
bewezen
established beyond doubt
actueel,bevestigd,aangetoond,effectief,gevestigd,echt,geldig,gevalideerd,gestaafd,gewaarmerkt
vermeende,aangenomen,vermoedelijk,hypothetisch,ideaal,onbestaande,mogelijk,potentieel,gerenommeerd,verondersteld
proved => aangetoond, prove oneself => Zichzelf bewijzen, prove => bewijzen, provably => aantoonbaar, provable => bewijsbaar,