Dutch Meaning of outfitting
uitrusting
Other Dutch words related to uitrusting
- uitrusting
- Meubels
- leveren
- Fitting (out)
- girding
- voorbereiden
- provisioning
- Tuigage
- uitrusting
- uitrusting
- toewijzend
- toewijzing
- verdelen
- bewapenen
- toewijzen
- verlenen
- bijdragend
- (handel)
- Dispenseren
- distribuerende
- uitdelen
- doneren
- versterkend
- Giving = Geven
- uitdelend
- Uitrusting (aan- of uitdoen)
- meting (naar buiten)
- verkaveling (uit)
- verdeling (uit)
- portioneren
- presenterend
- evenredig verdelen
- heruitrusting
- reparatie
- renovatie
- kous
- opslag
Nearest Words of outfitting
Definitions and Meaning of outfitting in English
outfitting (n)
the act of renovating and fitting out a ship
FAQs About the word outfitting
uitrusting
the act of renovating and fitting out a ship
uitrusting,Meubels,leveren,Fitting (out),girding,voorbereiden,provisioning,Tuigage,uitrusting,uitrusting
onthoudende,afstoting,strippen,onteigenen
outfitter => leverancier, outfitted => uitgerust, outfit => outfit, outfight => openlijke strijd, outfielder => Outfielder,