Dutch Meaning of onetime
eenmalig
Other Dutch words related to eenmalig
- algemeen
- constante
- bekend
- frequent
- gewoon
- periodiek
- periodiek
- terugkerende
- terugkerend
- regelmatig
- routine
- stabiel
- normaal
- jaarlijks
- chronisch
- alledaags
- bevestigd
- doorlopend
- gewoon
- cyclisch
- cyclisch
- elke dag
- habituel
- per uur
- Herhaald
- alomtegenwoordig
- gewend
- de klok rond
- verwacht
- hardnekkig
- 24/7
- jaarlijks
Nearest Words of onetime
Definitions and Meaning of onetime in English
onetime (s)
belonging to some prior time
FAQs About the word onetime
eenmalig
belonging to some prior time
incidenteel,zeldzaam,intermitterend,eenmalige,Eén kans,inconsistent, onbetrouwbaar,onregelmatig,nonce
algemeen,constante,bekend,frequent,gewoon,periodiek,periodiek,terugkerende,terugkerend,regelmatig
one-thousandth => duizendste, one-thirty-second => een tweeëntwintigste, one-third => een derde, onethe => onethe, one-ten-thousandth => een duizendste,