Dutch Meaning of objectivity
objectiviteit
Other Dutch words related to objectiviteit
Nearest Words of objectivity
- objectless => doelloos
- objector => bezwaarmaker
- object-oriented database => Object-georiënteerde database
- object-oriented database management system => Objectgeoriënteerd databasebeheersysteem
- object-oriented programing => Objectgeoriënteerd programmeren
- object-oriented programing language => Objectgeoriënteerde programmeertaal
- object-oriented programming => Objectgeoriënteerd programmeren
- object-oriented programming language => Objectgeoriënteerde programmeertaal
- objet d'art => Kunstobject
- objibways => Ojibways
Definitions and Meaning of objectivity in English
objectivity (n)
judgment based on observable phenomena and uninfluenced by emotions or personal prejudices
objectivity (n.)
The state, quality, or relation of being objective; character of the object or of the objective.
FAQs About the word objectivity
objectiviteit
judgment based on observable phenomena and uninfluenced by emotions or personal prejudicesThe state, quality, or relation of being objective; character of the o
Onpartijdigheid,neutralisme,Neutraliteit,Objectiviteit,Loskoppeling,Onverschilligheid,belangeloosheid,eigen vermogen,Onipartijdigheid,onpartijdigheid
Bias,gunst,favoritisme,partijdigheid,partijdigheid,vooroordeel,subjectiviteit,chauvinisme,neiging,nepotisme
objectiveness => Objectiviteit, objectively => objectief, objective lens => Objectief, objective case => accusatief, objective => Doelstelling,