Dutch Meaning of impeccabilities
onberispelijkheden
Other Dutch words related to onberispelijkheden
Nearest Words of impeccabilities
Definitions and Meaning of impeccabilities in English
impeccabilities
free from fault or blame, not capable of sinning or liable to sin
FAQs About the word impeccabilities
onberispelijkheden
free from fault or blame, not capable of sinning or liable to sin
onschuld,onschuld,zuiverheid,onschuld,foutloosheid,goedheid,onschuld,onvergankelijkheid,integriteit,onberispelijkheid
schuld,schuld,kwaad,storing,schuld,Schuldgevoel,verantwoordelijkheid,schuld,corruptie,criminaliteit
impassioning => hartstochtelijk, impasses => Impasses, imparts => verleent, imparting (to) => meedelen (aan), impartialities => onpartijdigheid,