Dutch Meaning of exporting
export
Other Dutch words related to export
- distribuerende
- verkoop
- Handel
- ruilhandel
- handel drijft in
- het uitwisselen
- verwerking
- marketing
- merchandising
- verstrekken
- detailhandel
- leveren
- menshandel (in)
- verkoopautomaten
- groothandel
- reclame
- veiling
- gebral
- onderhandeling
- boostend
- dragend
- afdingen
- afdingen
- Afdingen
- valk
- Merchandising
- venten
- Stekker in het stopcontact
- pre-selling
- promotie
- Zetten
- Remarketing
- kous
- straatverkoper
Nearest Words of exporting
Definitions and Meaning of exporting in English
exporting (n)
the commercial activity of selling and shipping goods to a foreign country
exporting (p. pr. & vb. n.)
of Export
FAQs About the word exporting
export
the commercial activity of selling and shipping goods to a foreign countryof Export
distribuerende,verkoop,Handel,ruilhandel,handel drijft in,het uitwisselen,verwerking,marketing,merchandising,verstrekken
kopen,Kopen,ontvangst,import
exporter => Exporteur, exported => geëxporteerd, exportation => export, exportable => exporteerbaar, exportability => exporteerbaarheid,