Dutch Meaning of building up
Aan het opbouwen
Other Dutch words related to Aan het opbouwen
- Versnellend
- uitbreidend
- toenemend
- opkomend
- rollend
- Zwelling
- accumulerend
- ballonnen
- Boeiend
- groeiende
- klimmen
- uitvergroot
- escalerend
- winnen
- intensiverend
- montage
- vermenigvuldiger
- als paddestoelen uit de grond opschieten
- prolifererende
- Sneeuwbal
- verspreidend
- stijgende
- waxen
- waarderen
- opblazen
- opkomend
- Hoogte
- springen
- piek
- opzwellend
- verdubbeling
- pijlsnel
- skyrocketing
Nearest Words of building up
Definitions and Meaning of building up in English
building up
to accumulate or develop appreciably, the act or process of building up, to develop gradually by increments, something produced by building up, to promote the health, strength, esteem, or reputation of
FAQs About the word building up
Aan het opbouwen
to accumulate or develop appreciably, the act or process of building up, to develop gradually by increments, something produced by building up, to promote the h
Versnellend,uitbreidend,toenemend,opkomend,rollend,Zwelling,accumulerend,ballonnen,Boeiend,groeiende
contracteren,afnemend,afnemende,afnemende,vermindering,terugtrekkend,afnemende
builders => bouwers, build a fire under => Stook het vuurtje onder hem op, bugs out => raakt in paniek, bugs => insecten, bughouse => gekkenhuis,
