FAQs About the word better-off

beter af

Begoed,comfortabel,vermogend,vermogend,vorstelijk,welgesteld,Welvarend,rijk,aanzienlijk,succesvol

armlastig,kansarmen,onvermogend,arm,behoeftig,behoeftig,Berooid,armoedig,arm,Bankroet

better halves => betere helften, betted (on) => wedde (op), betrays => verraadt, betrayals => verraad, bethels => Bethel,