Dutch Meaning of victimize
slachtofferen
Other Dutch words related to slachtofferen
- beat
- valsspelen
- misleiden
- oplichten
- doen
- drukte
- plukken
- schroef
- persen
- stok
- prik
- verraden
- oplichten
- Bloeden
- Beitel
- foppen
- oplichting
- foppen
- bedriegen
- eukeren
- misbruiken
- afpersen
- viool
- fleece
- flauwekul
- gaff
- Slang
- boeten
- knobbel
- riem
- oplichterij
- toren
- kort
- huid
- stinkdier
- stijf
- oplichterij
- behendigheidsspelletje
- truc
- afschudden
- Tekortdoen
- een ritje maken
- Naar de stomerij brengen
- voor de gek houden
- clip
- dubbelspel
- bedriegen
- uithollen
- Meeuw
- melk
- Nick
- overladen
- weken
- sleutel
- worstelen
- wringen
- touw (in)
- Een rad voor ogen draaien
Nearest Words of victimize
- victimized => slachtoffer
- victimizer => pleger
- victimizing => slachtofferschap
- victimless crime => Delict zonder slachtoffer
- victor => winnaar
- victor emanuel ii => Victor Emanuel II
- victor emanuel iii => Victor Emanuel III
- victor franz hess => Victor Franz Hess
- victor herbert => Victor Herbert
- victor hess => Victor Hess
Definitions and Meaning of victimize in English
victimize (v)
make a victim of
punish unjustly
deprive of by deceit
victimize (v. t.)
To make a victim of, esp. by deception; to dupe; to cheat.
FAQs About the word victimize
slachtofferen
make a victim of, punish unjustly, deprive of by deceitTo make a victim of, esp. by deception; to dupe; to cheat.
beat,valsspelen,misleiden,oplichten,doen,drukte,plukken,schroef,persen,stok
No antonyms found.
victimization => victimisatie, victimiser => dader, victimised => het slachtoffer, victimise => slachtoffer maken, victimisation => Victimisatie,