Dutch Meaning of trustless
Onbetrouwbaar
Other Dutch words related to Onbetrouwbaar
Nearest Words of trustless
Definitions and Meaning of trustless in English
trustless (a.)
That may not be trusted; not worthy of trust; unfaithful.
FAQs About the word trustless
Onbetrouwbaar
That may not be trusted; not worthy of trust; unfaithful.
twijfelachtig,sceptisch,verdacht,onzeker,onzeker,ambivalent,wantrouwend,dubieus,wantrouwend,Twijfelend
zeker,vol zelfvertrouwen,overtuigd,positief,zeker,verzekerd,doorslaggevend,optimistisch,vastbesloten,vastberaden
trustingness => vertrouwendheid, trustingly => vol vertrouwen, trusting => vol vertrouwen, trustiness => Betrouwbaarheid, trustily => betrouwbaar,
