Dutch Meaning of transmissibility
besmettelijkheid
Other Dutch words related to besmettelijkheid
Nearest Words of transmissibility
- transmissible => overdraagbaar
- transmission => transmissie
- transmission channel => Transmissiekanaal
- transmission control protocol => Transmissie Controle Protocol
- internet protocol => Internetprotocol
- transmission density => Transmissiedichtheid
- transmission dynamometer => Transmissiedynamometer
- transmission line => Transmissielijn
- transmission mechanism => transmissiemechanisme
- transmission shaft => Transmissienas
Definitions and Meaning of transmissibility in English
transmissibility (n.)
The quality of being transmissible.
FAQs About the word transmissibility
besmettelijkheid
The quality of being transmissible.
overdraagbaar,besmettelijk,infectieus,vangen,besmettelijk,overdraagbaar,pest
niet-overdraagbaar,niet-infectieus
transmigratory => transmigrerende, transmigrator => transmigrant, transmigration => transmigratie, transmigrating => transmigratie, transmigrated => getransmigreerd,
