FAQs About the word take the cake

de taart nemen

rank first; used often in a negative context

Begrijpen,greep,vasthouden,vangen,gesp,grijpen,klemmen,zich vastklampen aan,koppeling,vasthouden aan

bezorgen,ontlading,druppel,gratis,geven,bevrijden,passeren,Vrijgave,toevertrouwen,hand

take the bull by the horns => De koe bij de horens vatten, take the air => een ommetje maken, take ten => Pauze van tien nemen., take stock => de balans opmaken, take stage => het podium betreden,