Dutch Meaning of swelling (up)
zwelling (op)
Other Dutch words related to zwelling (op)
- versterking
- vergroten
- samengestelde
- uitvergroot
- uitbreidend
- toenemend
- invoegen
- vermenigvuldiger
- versterken
- escalerend
- tacking (op)
- toevoegen
- aangrenzend
- aanhechten
- grootmakend
- bevestigend
- boostend
- verlengen
- versterkende
- uitbreiding
- bevestiging
- Enten
- Hoogte
- infusie
- injecterend
- intensiverend
- inleiding
- verlenging
- opvoeding
- Taggen
- binding
- doordringend
- verlengende
- verlengend
- annexerend
- toevoegen
- uitvoeren
- repareren
- liftend
- vergrotende
- maximaliseren
- versterking
- samenvoeging
- leveren
- aanvullend
- versterkende
- versterkend
- aanvullend
- binden
- aftrekkend
- verwijderen
- scheidend
- Opstijgen
- kloppen
- Aftrekken
- aflatend
- slaan
- contracteren
- Snijden
- afnemend
- losmaken
- afnemende
- loskoppelen
- afsnijden
- vermindering
- verlaging
- reducerend
- scheiding
- terugknippen
- kappen (afhakken)
- inkorting
- amputatie
- comprimeren
- condenseren
- samentrekkend
- splitsing
- korten
- losmaken
- bekorting
Nearest Words of swelling (up)
Definitions and Meaning of swelling (up) in English
swelling (up)
No definition found for this word.
FAQs About the word swelling (up)
zwelling (op)
versterking,vergroten,samengestelde,uitvergroot,uitbreidend,toenemend,invoegen,vermenigvuldiger,versterken,escalerend
aftrekkend,verwijderen,scheidend,Opstijgen,kloppen,Aftrekken,aflatend,slaan,contracteren,Snijden
swellheadedness => grootheidswaanzin, swellheaded => hooghartig, swelled-headed => ijdel, swelled (up) => gezwollen, swell (up) => (opzwellen),