Dutch Meaning of sputtering
sputteren
Other Dutch words related to sputteren
Nearest Words of sputtering
Definitions and Meaning of sputtering in English
sputtering (n)
the noise of something spattering or sputtering explosively
FAQs About the word sputtering
sputteren
the noise of something spattering or sputtering explosively
aarzelend,stoppend,aarzelend,zeurderig,mompelen,mompelen,stamelen,struikelend,stotteren,ongearticuleerd
gearticuleerd,welsprekend,gemakkelijk,vloeiend,glad,verbaal,vocaal,spraakzaam,expressief,uitgesproken
sputter => sputteren, sputnik => Spoetnik, spurting => spuitend, spurt => spurt, spurring => aansporing,
