Dutch Meaning of quadriplegic
Quadriplegicus
Other Dutch words related to Quadriplegicus
Nearest Words of quadriplegic
- quadriplegia => Quadriplegie
- quadriphyllous => viervoudig gebladerd
- quadriphonic system => Quadrofonisch systeem
- quadriphonic => quadrofonisch
- quadripennate => viervleugelig
- quadripartition => Quadripartitie
- quadripartitely => vierdelig
- quadripartite => viervoudig
- quadripara => multipara
- quadrinominal => kwadrinaam
Definitions and Meaning of quadriplegic in English
quadriplegic (n)
a person who is paralyzed in both arms and both legs
FAQs About the word quadriplegic
Quadriplegicus
a person who is paralyzed in both arms and both legs
gehandicapte,stoppen,lam,Verlamd,Speciale behoeften,blind,uitgedaagd,doof,ziek,Uitzonderlijk.
gezond,niet-invalide,ongeschonden,okay,geheel,in staat,stuiteren,geschikt,gezond,gezond
quadriplegia => Quadriplegie, quadriphyllous => viervoudig gebladerd, quadriphonic system => Quadrofonisch systeem, quadriphonic => quadrofonisch, quadripennate => viervleugelig,
