Dutch Meaning of inconclusiveness
Inconclusiviteit
Other Dutch words related to Inconclusiviteit
Nearest Words of inconclusiveness
- inconcoct => onsamenhangend
- inconcocted => niet gekookt
- inconcoction => Inconcoction
- inconcrete => vaag
- inconcurring => niet overeenkomend
- inconcussible => onwrikbaar
- incondensability => Incondensabiliteit
- incondensable => Incondensable
- incondensibility => Onbevattelijkheid
- incondensible => Niet-condenseerbaar
Definitions and Meaning of inconclusiveness in English
inconclusiveness (n)
the quality of being inconclusive
FAQs About the word inconclusiveness
Inconclusiviteit
the quality of being inconclusive
ineffectiviteit,ineffectiviteit,ineffectiviteit,ongeldigheid,Zwakheid,machteloosheid,trilling,ongezondheid,zwakte
autoriteit,overtuigingskracht,sluitend,effectiviteit,kracht,krachtdadigheid,impact,overtuiging,overtuigingskracht,macht
inconclusively => inconclusief, inconclusive => inconclusief, inconcluding => onbeslist, inconcludent => inconcludent, inconcinnous => onpassend,