Dutch Meaning of gigolo
gigolo
Other Dutch words related to gigolo
- geliefde
- schat
- beste
- favoriet
- vlam
- man
- minnaar
- zielsverwant
- zoet
- schat
- schat [sxɑt]
- Valentijnsdag
- Bewonderaar
- Jongen
- vriend
- datum
- modieuze kerel
- verloofde
- galant
- bruidegom
- honing
- liefde
- Partner
- vonk
- persen
- aanbidder
- schatje
- aanbidder
- knappe
- verliefdheid
- collega
- bedoeld
- man
- oude man
- Vonk
- stabiel
- boer
Nearest Words of gigolo
Definitions and Meaning of gigolo in English
gigolo (n)
a man who has sex with and is supported by a woman
FAQs About the word gigolo
gigolo
a man who has sex with and is supported by a woman
geliefde,schat,beste,favoriet,vlam,man,minnaar,zielsverwant,zoet,schat
No antonyms found.
gigo => gigo, giglot => gigolo, giglet => biggetje, giggyng => giechelend, giggot => Looprib,
