Dutch Meaning of forebode
voorspellen
Other Dutch words related to voorspellen
- verwachten
- voorteken
- voorspelling
- aangeven
- voorspellen
- belofte
- augur
- belooft veel
- voorzien
- voorspellen
- impliceren
- voorspellen
- voorbode
- voorspellen
- waarschuwen
- verwijzen
- voorspellen
- impliceren
- goddelijk
- Voorweten
- voorspellen
- vooraf waarschuwen
- voorbode
- hint
- voorafspellen
- profetie
- betekenen
- voorstellen
Nearest Words of forebode
- forebears => Voorouders
- forebear => voorouder
- forebeam => voorligger
- forearm => Onderarm
- foreappointment => afspraak
- foreappoint => vooraf vaststellen
- fore-and-after => Voor-en-na
- fore-and-aft topsail => Voorste en achterste marszeil
- fore-and-aft sail => Voor-en-achterzeil
- fore-and-aft rig => Voor- en achtertuig
Definitions and Meaning of forebode in English
forebode (v)
make a prediction about; tell in advance
forebode (v. t.)
To foretell.
To be prescient of (some ill or misfortune); to have an inward conviction of, as of a calamity which is about to happen; to augur despondingly.
forebode (v. i.)
To fortell; to presage; to augur.
forebode (n.)
Prognostication; presage.
FAQs About the word forebode
voorspellen
make a prediction about; tell in advanceTo foretell., To be prescient of (some ill or misfortune); to have an inward conviction of, as of a calamity which is ab
verwachten,voorteken,voorspelling,aangeven,voorspellen,belofte,augur,belooft veel,voorzien,voorspellen
No antonyms found.
forebears => Voorouders, forebear => voorouder, forebeam => voorligger, forearm => Onderarm, foreappointment => afspraak,