Dutch Meaning of falling (off)
vallend (af)
Other Dutch words related to vallend (af)
Nearest Words of falling (off)
- falling (to) => vallend (naar)
- falling apart => uit elkaar vallen
- falling away => verval
- falling back => terugvallen
- falling behind => Achterophinkend
- falling down => vallend
- falling from grace => Genadeloos
- falling in with => zich verenigen met
- falling short => tekortschieten
- falling short (of) => tekortschieten (in)
Definitions and Meaning of falling (off) in English
falling (off)
trend sense 2b, to deviate to leeward of the point to which the bow was directed, a decline especially in quantity or quality
FAQs About the word falling (off)
vallend (af)
trend sense 2b, to deviate to leeward of the point to which the bow was directed, a decline especially in quantity or quality
krommend,gebogen,"boogvorming",buigen,buigen,rondcirkelend,curling,aansprekend,afronden,ingrijpend
stijlen
falling (in) => vallend (in), fallen short => Te kort schieten, fallen out => Uitgevallen, fallen (to) => gevallen (tot), fal-lals => franje,
