Dutch Meaning of disaffiliated
onafhankelijk
Other Dutch words related to onafhankelijk
- losstaand
- losgekoppeld
- gedissocieerd
- verdeeld
- Gescheiden
- gefractioneerd
- geïsoleerd
- Oploste
- losgekoppeld
- opgeheven
- losgekoppeld
- los van elkaar staand
- afgesneden
- Verdeeld
- gescheiden
- verspreid
- gesegmenteerd
- gescheiden
- afgehakt
- splitsen
- gescheurde
- Niet gekoppeld
- ongetuigd
- Zijn uit elkaar gegaan
- verspreid
Nearest Words of disaffiliated
- disaffiliating => niet-gelieerd
- disaffiliation => uittreding
- disaffirmed => verworpen
- disaffirming => ontkent
- disaggregated => Gedesaggregeerd
- disaggregating => uiteenvallen
- disagree (with) => het oneens zijn (met)
- disagreed (with) => het oneens (met)
- disagreeing => onenig
- disagreeing (with) => oneens (met)
Definitions and Meaning of disaffiliated in English
disaffiliated
disassociate, to terminate an affiliation
FAQs About the word disaffiliated
onafhankelijk
disassociate, to terminate an affiliation
losstaand,losgekoppeld,gedissocieerd,verdeeld,Gescheiden,gefractioneerd,geïsoleerd,Oploste,losgekoppeld,opgeheven
geassocieerd,verenigd,gecombineerd,samengevoegde,vervoegd,verbonden,gekoppeld,gefuseerd,verbonden,verbonden
disaffiliate => uitschrijven, disadvantages => nadelen, disaccustomed => ongewoon, disaccorded => oneens, disabuses => ontgoochelt,