Dutch Meaning of connector
Connector
Other Dutch words related to Connector
Nearest Words of connector
- connectivity => connectiviteit
- connective tissue => Bindweefsel
- connective => Voegwoord
- connection => verbinding
- connecting room => connecting room
- connecting rod => Drijfstang
- connecting flight => aansluitende vlucht
- connecticuter => inwoner van Connecticut
- connecticut river => Connecticut River
- connecticut => Connecticut
Definitions and Meaning of connector in English
connector (n)
an instrumentality that connects
FAQs About the word connector
Connector
an instrumentality that connects
combineren,Stel,integreren,onderlinge verbinding,link,string,samenvoegen,keten,samengesteld,aaneenvoegen
losmaken,loskoppelen,Loskoppelen,verdelen,afzonderlijk,splitsen,loskoppelen,losmaken,klieven,losmaken
connectivity => connectiviteit, connective tissue => Bindweefsel, connective => Voegwoord, connection => verbinding, connecting room => connecting room,