Dutch Meaning of burn up
verbranden
Other Dutch words related to verbranden
- verergeren
- irriteren
- storen
- Bug
- krijgen
- bereiken
- irriteren
- vervolgen
- Dragen
- woede
- schuren
- eten
- ergeren
- Vorst
- Rooster
- klacht
- woedend maken
- belediging
- ergeren
- Jeuk
- brandnetel
- ergernis
- prikken
- pest
- uitlokken
- blussen
- rasp
- irriteren
- Rimpel
- Spijt
- plagen
- irriteren
- bezorgdheid
- Iemand op de zenuwen werken
- iemand op stang jagen
- afhakken (off)
- De verkeerde kant op strijken
- De tanden op elkaar zetten
- het zit mij niet lekker
- belediging
- opwinden
- tegenstaan
- das
- Aas
- uitkafferen
- pesten
- duivel
- ongemak
- verstoren
- onrust
- nood
- woedend maken
- oefening
- Freak out
- gal
- Lastigvallen
- Harry
- gedoe
- storen
- Wierook
- ontsteken
- Madden
- zeuren
- verklikker
- beledigen
- Verontwaardiging
- Storen
- lastigvallen
- pijnigen
- roeren
- wekken
- ongedaan maken
- losmaken
- verontrusten
- van streek
- Ontvlammen
- Hagrid
Nearest Words of burn up
Definitions and Meaning of burn up in English
burn up (v)
burn brightly
use up (energy)
burn completely; be consumed or destroyed by fire
FAQs About the word burn up
verbranden
burn brightly, use up (energy), burn completely; be consumed or destroyed by fire
verergeren,irriteren,storen,Bug,krijgen,bereiken,irriteren,vervolgen,Dragen,woede
kalmeren,verzoenen,plezier,bevredigen,verzachten,verplicht,kalmeren,sussen,alstublieft,bevredigen
burn plant => verbrandingsinstallatie, burn out => Burn-out, burn off => verbanden, burn mark => Brandspoor, burn center => Brandwondencentrum,