Dutch Meaning of breaking out (of)
uitbreken (uit)
Other Dutch words related to uitbreken (uit)
- Bevrijding
- Opruimen
- vluchtend
- vluchtend
- vliegen
- uitgaan
- weglopend
- Wegrennen
- voortvluchtig
- lamineren
- vertrek
- bewegend
- Uithalen
- Duwen (naar voren)
- Opstijgen
- wandeling
- vermijden
- brengen
- vertrekkende
- ontwarren
- weglopen om te trouwen
- ontwijkend
- emanciperend
- ontwijkende
- uitgang
- losmaken
- bevrijdend
- gaan
- bevrijdend
- lossen
- Verliezen
- stoppen met roken
- Vrijlating
- redding
- uitval
- mijding
- springend
Nearest Words of breaking out (of)
Definitions and Meaning of breaking out (of) in English
breaking out (of)
No definition found for this word.
FAQs About the word breaking out (of)
uitbreken (uit)
Bevrijding,Opruimen,vluchtend,vluchtend,vliegen,uitgaan,weglopend,Wegrennen,voortvluchtig,lamineren
rondhangen,aanhoudend,resterende,verblijf,blijvend,Terugkomend,woning,teruggaand,vasthouden,vertragen
breaking out => uitbraak, breaking off (with) => het uitmaken (met), breaking in => inbraak, breaking free => Bevrijding, breaking down => afbreken,