Dutch Meaning of uncrowned
ongekroond
Other Dutch words related to ongekroond
- afgezet
- onttroond
- verbannen
- uit het ambt gezet
- beroofd
- afgewezen
- ontheemd
- ontheven
- ontslagen
- omvergeworpen
- ongemaakt
- niet-herkozen
- onttroond
- opgestart (uit)
- ingeblikt
- ontslagen
- uitstoten / verbannen
- achtervolgd
- afgevoerd
- uitgeworpen
- uitgesloten
- geëxtrudeerd
- ontslagen
- afgedankt
- omvergeworpen
- verwijderd
- gepensioneerd
- gerouteerd
- ondermijnd
- verdrongen
- onrechtmatig in bezit genomen
Nearest Words of uncrowned
Definitions and Meaning of uncrowned in English
uncrowned (a)
not having an (artificial) crown on a tooth; used especially of molars and bicuspids
not (especially not yet) provided with a crown
FAQs About the word uncrowned
ongekroond
not having an (artificial) crown on a tooth; used especially of molars and bicuspids, not (especially not yet) provided with a crown
afgezet,onttroond,verbannen,uit het ambt gezet,beroofd,afgewezen,ontheemd,ontheven,ontslagen,omvergeworpen
gekroond,op de troon gezeten,benoemd,gedoopt,aangewezen,gekozen,ingehuldigd,,begonnen,geïnstalleerd
uncrown => onttronen, uncrowded => niet-overvol, uncrossed => niet aangekruist, uncross => loskruisen, uncropped => ongesneden,