Dutch Meaning of tight-lipped
gesloten
Other Dutch words related to gesloten
- spraakzaam
- communicatief
- conversationeel
- spraakzaam
- spraakzaam
- uitgesproken
- spraakzaam
- praatziek
- Ongereserveerd
- vocaal
- brutaal
- babbelziek
- onomwonden
- praatziek
- roddelaar
- langdradig
- langdradig
- woordrijk
- Loslippig
- extravert
- extravert
- gezellig
- langdradig
- extravert
- rondslingerend
- gezellig
- roddelen
- Winderig
Nearest Words of tight-lipped
Definitions and Meaning of tight-lipped in English
tight-lipped
not liking to speak, having the lips closed tight (as in determination), reluctant to speak
FAQs About the word tight-lipped
gesloten
not liking to speak, having the lips closed tight (as in determination), reluctant to speak
gereserveerd,ingetogen,stil,afstandelijk,zwijgzaam,laconiek,terughoudend,zwijgzaam,oncommunicatief,achterlijk
spraakzaam,communicatief,conversationeel,spraakzaam,spraakzaam,uitgesproken,spraakzaam,praatziek,Ongereserveerd,vocaal
tightens => spant, tiffs => ruzies, ties up => bindt, tiers => lagen, tieing up => bindend,