Dutch Meaning of stacking (up)
stapelen (op elkaar)
Other Dutch words related to stapelen (op elkaar)
Nearest Words of stacking (up)
- stacking => stapelen
- stacked up (against or with) => opgestapeld (tegen of met)
- stacked (up) => gestapeld
- stack up (against or with) => Opstapelen (tegen of met)
- stack (up) => opstapelen (omhoog)
- stabs in the back => dolksteken in de rug
- stabs => steken
- stabled => gestald
- stabbing in the back => messteek in de rug
- stabbed in the back => een mes in de rug
Definitions and Meaning of stacking (up) in English
stacking (up)
measure up, compare, to add up, measure up sense 2, compare
FAQs About the word stacking (up)
stapelen (op elkaar)
measure up, compare, to add up, measure up sense 2, compare
accumulerend,Aan het opbouwen,bijeenkomst,stapel,accreterende,verzamelen,verzameling,concentreren,massa,agglutinerend
verspreidende,verstrooiing,dissiperende
stacking => stapelen, stacked up (against or with) => opgestapeld (tegen of met), stacked (up) => gestapeld, stack up (against or with) => Opstapelen (tegen of met), stack (up) => opstapelen (omhoog),
