Dutch Meaning of smuts
Smuts
Other Dutch words related to Smuts
- bezoedelt
- zwart
- vervaagt
- wolken
- bevuilen
- verkleurt
- vervuilt
- vlekken
- vlekken
- grond
- vlekken
- bezoedelt
- Teer
- vlekken
- Mars
- vernedert
- bezoedelen
- besmeurt
- donkerder wordt
- losbandigheid
- verdorven
- schandalen
- schendt
- perverselingen
- Vergiften
- beschaamt
- bezoedelt
- buit
- besmet
- aantasten
- teer
- raakt
- verknoeit
- kleuren
- verbasterdt
- devalueert
- corrumpeert
- verlaagt
- degradeert
- kleineert
- demoraliseert
- discredit
- vervormt
- fouten
- verlaagt
- gootsteen
- ondermijnt
- twists
Nearest Words of smuts
Definitions and Meaning of smuts in English
smuts (n)
South African statesman and soldier (1870-1950)
FAQs About the word smuts
Smuts
South African statesman and soldier (1870-1950)
bezoedelt,zwart,vervaagt,wolken,bevuilen,verkleurt,vervuilt,vlekken,vlekken,grond
Reinigt,zuivert,verheft,veredelt,bewaart,verheerlijkt,vergroot,heft op,waardig,heiligen
smutch => Vlek, smut grass => Smutgras, smut fungus => Roetdauwschimmel, smugness => Smugheid, smugly => zelfgenoegzaam,
