Dutch Meaning of self-evident

vanzelfsprekend

Other Dutch words related to vanzelfsprekend

Definitions and Meaning of self-evident in English

Wordnet

self-evident (s)

evident without proof or argument

Webster

self-evident (a.)

Evident without proof or reasoning; producing certainty or conviction upon a bare presentation to the mind; as, a self-evident proposition or truth.

FAQs About the word self-evident

vanzelfsprekend

evident without proof or argumentEvident without proof or reasoning; producing certainty or conviction upon a bare presentation to the mind; as, a self-evident

duidelijk,axiomatisch,duidelijk,overduidelijk,onmiskenbaar,duidelijk,onbetwistbaar,duidelijk,op het eerste gezicht,Onloochenbaar

discutabel,betwistbaar,discutabel,discutabel,dubieus,discutabel,problematisch,problematisch,twijfelachtig,twijfelachtig

self-evidence => Zelf-evident, self-estimation => Zelfvertrouwen, eigenwaarde, self-esteem => Zelfvertrouwen, self-established => zelfstandig, self-enjoyment => zelfgenieting,