Dutch Meaning of outpour
uitstorting
Other Dutch words related to uitstorting
Nearest Words of outpour
Definitions and Meaning of outpour in English
outpour (v. t.)
To pour out.
outpour (n.)
A flowing out; a free discharge.
FAQs About the word outpour
uitstorting
To pour out., A flowing out; a free discharge.
exodus,stroom,uitstroom,uitstorting,vlucht,uitbarsting,haast,diaspora,riool,eb
overstroming,flux,instroom,instroom,zondvloed,instroom,Overstroming,overloop,Rivier,Stroom
outpost => Buitenpost, outport => buitenhaven, outpoise => overtreffen, outpoint => uitpunt, outplay => Verslaan,