Dutch Meaning of openness
openheid
Other Dutch words related to openheid
- directheid
- recht door zee
- eerlijkheid
- eerlijkheid
- oprechtheid
- botheid
- openhartigheid
- Oprechtheid
- ernst
- openhartigheid
- openheid
- eenvoud
- molligheid
- Eenvoud
- openhartigheid
- opgeven
- kunstloosheid
- communicativiteit
- vrijheid
- echtheid
- licentie
- naïviteit
- naïviteit
- oprechtheid
- Nuchterheid
- onbewaakt
- openhartigheid
- Ongedwongenheid
- ongeraffineerdheid
Nearest Words of openness
Definitions and Meaning of openness in English
openness (n)
without obstructions to passage or view
characterized by an attitude of ready accessibility (especially about one's actions or purposes); without concealment; not secretive
willingness or readiness to receive (especially impressions or ideas)
openness (n.)
The quality or state of being open.
FAQs About the word openness
openheid
without obstructions to passage or view, characterized by an attitude of ready accessibility (especially about one's actions or purposes); without concealment;
directheid ,recht door zee,eerlijkheid,eerlijkheid,oprechtheid,botheid,openhartigheid,Oprechtheid,ernst,openhartigheid
geveinsd,verhulling,ontwijking,omweg,Inhibitie,terughoudendheid,terughoudendheid,geheimzinnigheid,Diplomatie,reserve
open-mouthed => met open mond, openmouthed => met open mond, open-minded => open-minded, openly => openlijk, opening night => Openingsavond,