Dutch Meaning of nondoctors
niet-dokters
Other Dutch words related to niet-dokters
Nearest Words of nondoctors
- nondoctor => niet-dokter
- nondiscriminatory => niet-discriminerend
- nondisabled => niet-invalide
- nondestructive => niet-destructief
- nonderivative => niet-afgeleid
- nondemocratic => Niet-democratisch
- nondemanding => niet-veeleisend
- nondeliberate => onbedoeld
- nondeductive => niet-deductief
- nondeceptive => niet-misleidend
- nondocumentary => non-documentaire
- nondomestic => onvoltooid
- nondramatic => niet-dramatisch
- nondrinkers => Niet-drinkers
- nondrivers => Niet-bestuurders
- nonecclesiastical => niet-kerkelijk
- nonedible => niet-eetbaar
- noneducational => niet-educatief
- nonempirical => Niet-empirisch
- nonemployment => werkloosheid
Definitions and Meaning of nondoctors in English
nondoctors
a person who is not a doctor
FAQs About the word nondoctors
niet-dokters
a person who is not a doctor
Nicht-artsen
documenten,dokters,Huisartsen,huisartsen,artsen,artsen,ombervissen,huisartsen,huisartsen,artsen
nondoctor => niet-dokter, nondiscriminatory => niet-discriminerend, nondisabled => niet-invalide, nondestructive => niet-destructief, nonderivative => niet-afgeleid,