Dutch Meaning of nonconfidence
motie van wantrouwen
Other Dutch words related to motie van wantrouwen
Nearest Words of nonconfidence
- nonconcurrent => niet-gelijktijdig
- nonconcurred => niet akkoord
- noncomprehension => Onbegrip
- noncompound => niet-samengesteld
- noncomplicated => ongecompliceerd
- noncomplex => niet-complex
- noncomplementary => niet-complementair
- noncompetitor => niet-concurrent
- noncompatible => incompatibel
- noncombative => niet-strijdbaar
- nonconflicting => niet-conflicterend
- nonconformer => non-conformist
- nonconformists => non-conformisten
- nonconformities => Niet-conformiteiten
- noncongruent => niet congruent
- nonconsecutive => niet-opeenvolgend
- nonconservative => niet-conservatief
- nonconstitutional => ongrondwettelijk
- nonconstructive => niet-constructief
- noncontemporary => niet-hedendaags
Definitions and Meaning of nonconfidence in English
nonconfidence
lack of confidence, lack of confidence in a government by a parliamentary body
FAQs About the word nonconfidence
motie van wantrouwen
lack of confidence, lack of confidence in a government by a parliamentary body
twijfel,onzekerheid,angst,zorg,ongeloof,aarzeling,aarzeling,onzekerheid,ongeloof,besluiteloosheid
garantie,zekerheid,zekerheid,zekerheid,vertrouwen,overtuiging,Gezicht,positiviteit,tevredenheid,zekerheid
nonconcurrent => niet-gelijktijdig, nonconcurred => niet akkoord, noncomprehension => Onbegrip, noncompound => niet-samengesteld, noncomplicated => ongecompliceerd,