Dutch Meaning of instigator
aanstichter
Other Dutch words related to aanstichter
- pleitbezorger
- agitator
- apostel
- Demagoog
- demonstrant
- stokebrand
- aanstoker
- aanstoker
- opstandeling
- promotor
- Voorstander
- demonstrant
- provocateur
- rebel
- supporter
- kampioen
- Demago(o)g
- excitator
- aansteker
- betoger
- oproerkraaier
- hervormer
- revolutionair
- Lastig
- alarmistisch
- sponsor
- versterker
- exponent
- extremist
- opstandeling
- marcheren
- bezwaarmaker
- overreder
- staker
- autocue
- provocateur
- radicaal
- hervormer
- revolutionair
Nearest Words of instigator
Definitions and Meaning of instigator in English
instigator (n)
someone who deliberately foments trouble
a person who initiates a course of action
instigator (n.)
One who instigates or incites.
FAQs About the word instigator
aanstichter
someone who deliberately foments trouble, a person who initiates a course of actionOne who instigates or incites.
pleitbezorger,agitator,apostel,Demagoog,demonstrant,stokebrand,aanstoker,aanstoker,opstandeling,promotor
vredestichter,bemiddelaar,vereniging
instigative => aansporend, instigation => aanstichting, instigatingly => opruiende, instigating => aansporend, instigated => aangespoord,
