Dutch Meaning of insatiability
onverzadelijkheid
Other Dutch words related to onverzadelijkheid
Nearest Words of insatiability
Definitions and Meaning of insatiability in English
insatiability (n.)
The state or quality of being insatiable; insatiableness.
FAQs About the word insatiability
onverzadelijkheid
The state or quality of being insatiable; insatiableness.
gretig,onverzadigbaar,Onblusbaar,dringend,onverzadelijk,onblusbaar,aandringend,Onblusbaar,gulzig,onverzoenlijk
blusbaar,verzadigd,verzadigd,bevredigend,tevreden,verzoenlijk,gecontroleerd,bedwongen,ingetogen,verzadigen
insapory => Smakeloos, insanity plea => krankzinnigheidsverklaring, insanity => Krankzinnigheid, insanitation => slechte hygiëne, insanitary => onhygiënisch,
