Dutch Meaning of inhabitable
onbewoonbaar
Other Dutch words related to onbewoonbaar
Nearest Words of inhabitable
Definitions and Meaning of inhabitable in English
inhabitable (s)
fit for habitation
inhabitable (a.)
Capable of being inhabited; habitable.
Not habitable; not suitable to be inhabited.
FAQs About the word inhabitable
onbewoonbaar
fit for habitationCapable of being inhabited; habitable., Not habitable; not suitable to be inhabited.
aanvaardbaar,comfortabel,bewoonbaar,bewoonbaar,bewoonbaar,rijk,duurzaam,dragelijk,gezellig,luxe
ongemakkelijk,onbewoonbaar,economisch,nederig,reserve,onaanvaardbaar,onbewoonbaar,zuinig,ondraaglijk,ondraaglijk
inhabit => bewonen, inhability => onvermogen, inhabile => ongeschikt, inh => Inch, ingustable => onbeschrijfelijk,
