Dutch Meaning of immanent
immanent
Other Dutch words related to immanent
- essentieel
- inherent
- integraal
- Intrinsiek
- aangeboren
- constitutioneel
- constitutief
- Elementair
- fundamenteel
- erfelijk
- Aangeboren
- inteelt
- Inheems
- ingebed
- geërfd
- aangeboren
- binnen
- intern
- Inheems
- natuurlijk
- basis
- ingebouwd
- kenmerkend
- diepgeworteld
- kenmerkend
- hardnekkig
- habituel
- ingeworteld
- binnenste
- binnenland
- hardnekkig
- normaal
- eigenaardig
- regelmatig
- typisch
- hardwired
- in iemands bloed zitten
Nearest Words of immanent
Definitions and Meaning of immanent in English
immanent (a)
of a mental act performed entirely within the mind
immanent (s)
of qualities that are spread throughout something
immanent (a.)
Remaining within; inherent; indwelling; abiding; intrinsic; internal or subjective; hence, limited in activity, agency, or effect, to the subject or associated acts; -- opposed to emanant, transitory, transitive, or objective.
FAQs About the word immanent
immanent
of a mental act performed entirely within the mind, of qualities that are spread throughout somethingRemaining within; inherent; indwelling; abiding; intrinsic;
essentieel,inherent,integraal,Intrinsiek,aangeboren,constitutioneel,constitutief,Elementair,fundamenteel,erfelijk
toevallig,adventief,vreemdeling,overbodig,Uiterlijk,buitenlands,incidenteel,toevallig,extern,oppervlakkig
immanency => immanentie, immanence => immanentie, immane => onmetelijk, immanation => immanatie, immanacling => Beperking,