Dutch Meaning of flinger
katapult
Other Dutch words related to katapult
- Leeuwerik
- pret
- Koopwoede
- Binge
- uitstapje
- festiviteit
- fouilleren
- dartelen
- dartelen
- idyllisch
- idylle
- list
- Grap
- zwelgen
- pret maken
- Amusement
- antiek
- bender
- Brannigan
- kont
- buste, borstbeeld
- kappertjes
- feesten
- afleiding
- genot
- amusement
- sportdag
- aflaat
- vrolijkheid
- Feestvieren
- Apenstreken
- plezier
- frats
- Pekelen
- verken
- toeteren
Nearest Words of flinger
Definitions and Meaning of flinger in English
flinger (n.)
One who flings; one who jeers.
FAQs About the word flinger
katapult
One who flings; one who jeers.
Leeuwerik,pret,Koopwoede,Binge,uitstapje,festiviteit,fouilleren,dartelen,dartelen,idyllisch
adopteren,omhelzen,aannemen,gebruik,gebruiken,in dienst nemen,vasthouden,houden,behouden,tegenhouden
flingdust => stofje, fling off => Losgooien, fling => slippertje, flindosy => Flindosy, flindosa => flindosa,