Dutch Meaning of fisticuffs
vechtpartij
Other Dutch words related to vechtpartij
- vechtpartij
- confrontatie
- duel
- Vechten
- mêlee
- vechtpartij
- vuistgevecht
- klappen
- mêlee
- bedrukbaar karton
- Relletje
- ruzie
- Battle royale
- grillen
- tegenslag
- controverse
- geschil
- Face-off
- gratis voor iedereen
- Worstelen
- Steekspel
- verwarring
- veldslag
- ruzie
- ruw en onstuimig
- lawaai
- Rumoer
- vechtpartij
- spuug
- ruzie
- ruzie
- strijd
- Donnybrook
- ruzie
- handvatten
- Gebrabbel
- argument
- geruzie
- gevecht
- Botsing
- gevecht
- conflict
- wedstrijd
- onenigheid
- ruzie
- vechten
- potje
- rafelen
- Kick-up
- misverstand
- Rij
- scrimmage
- Scrum
- schermutseling
- Worsteling
- Knoop
- kibbelen
- kattengevecht
- Kruisvuur
Nearest Words of fisticuffs
Definitions and Meaning of fisticuffs in English
fisticuffs (n)
a fight with bare fists
fighting with the fists
FAQs About the word fisticuffs
vechtpartij
a fight with bare fists, fighting with the fists
vechtpartij,confrontatie,duel,Vechten,mêlee,vechtpartij,vuistgevecht,klappen,mêlee,bedrukbaar karton
Wapenstilstand
fisticuff => Vuistgevecht, fistic => vuist, fistful => een handvol, fistfight => Vechten, fisted => gebald,