Dutch Meaning of fenceless
onomheind
Other Dutch words related to onomheind
- barricade
- Barrière
- muur
- blok
- keten
- Haag
- hindernis
- obstakel
- bar
- buffer
- bolwerk
- bumper
- verstopping
- beperking
- krimpen
- Trottoirband
- kussen
- dam
- afschrikkend
- Gênant
- last
- Fender
- handicap
- belemmering
- Hinkelen
- belemmering
- Inhibitie
- interferentie
- laten
- hindernis
- bleek
- bleek
- Wal
- terughoudendheid
- Wegversperring
- klem
- stoppen
- struikelblok
- netwerk
- voetboeien
Nearest Words of fenceless
Definitions and Meaning of fenceless in English
fenceless (a.)
Without a fence; uninclosed; open; unguarded; defenseless.
FAQs About the word fenceless
onomheind
Without a fence; uninclosed; open; unguarded; defenseless.
barricade,Barrière,muur,blok,keten,Haag,hindernis,obstakel,bar,buffer
deur,deur,ingang,invoer,poort,Entree,entree,opening,passeren,portaal
fenceful => Omheining, fence rail => Hekrail, fence mending => Hekreparatie, fence lizard => Heidedagger, fence line => erfgrens,
![rightside-image](https://ezeedictionary.com/assests/images/rightside.gif)
![rightside](https://ezeedictionary.com/assests/images/rightside.gif)