Dutch Meaning of cow
koe
Other Dutch words related to koe
- das
- pestkop
- bang maken
- intimideren
- Schrik
- schrikken
- blackjack
- Bogart
- intimideren
- bulldozer
- pesten
- Dwingen
- Lastigvallen
- Hector
- schok
- spook
- sterk
- pesten
- Bang maken
- alarm
- wekker
- knots
- bluf
- dwingen
- beperken
- verstoren
- verwarren
- onrust
- nood
- storen
- Dragonder
- kracht
- afschrikken
- hond
- maken
- bedreiging
- verplicht
- Storen
- pers
- druk
- duwen en trekken
- Afschrikken
- demasculiniseren
- zenuwachtig maken
- van streek
- psychisch (uit)
- Prullen
Nearest Words of cow
Definitions and Meaning of cow in English
cow (n)
female of domestic cattle:
mature female of mammals of which the male is called `bull'
a large unpleasant woman
cow (v)
subdue, restrain, or overcome by affecting with a feeling of awe; frighten (as with threats)
FAQs About the word cow
koe
female of domestic cattle:, mature female of mammals of which the male is called `bull', a large unpleasant woman, subdue, restrain, or overcome by affecting wi
das,pestkop,bang maken,intimideren,Schrik,schrikken,blackjack,Bogart,intimideren,bulldozer
gejuich,Comfort,Console,geruststellen,verzachten,Staal,overtuigen,aanmoedigen,overtuigen,troost
coving => Kroonlijst, coville => coville, covey => troep, covetousness => begeerlijkheid, covetously => begerig,
